De kruipruimte is wellicht de meest onderbelichte ruimte van een woning. En dat terwijl hier vaak problemen ontstaan die van grote invloed zijn op het leefklimaat in huis. Meestal gaat het om vocht-, koude- en zwamproblemen.
Bodemisolatie kan deze problemen in veel gevallen voorkomen of oplossen door het tegenhouden van verdamping van water uit de bodem. Door het toepassen van bodemisolatie daalt de vochtigheidsgraad in de kruipruimte en in de woning. Het effect op de energiebesparing is minder groot dan bij vloerisolatie.
bodem isolatie
Andere methoden zijn het plaatsen van zogeheten bodemhygrolatie (voorgevormde zakken of 'matrassen' met EPS-parels), of een dikke laag schelpen. Voor beide is minimaal 40 cm kruipruimte nodig. Met schelpen kunt u vochtproblemen in de kruipruimte te lijf gaan; voor energiebesparing is aanvullende vloerisolatie nodig.
bodem hygrolatie
Uitvoering
Bij bodemisolatie laat u een bulk isolatiemateriaal in de kruipruimte spuiten, zoals EPS-parels (piepschuimbolletjes), EPS-chips of schuimbeton. Dat gebeurt met een slang via een (tijdelijk) gat in de gevel, of via het kruipluik. Onder een betonnen vloer is hiervoor een kruipruimte nodig van minstens 20 cm; onder een betonnen vloer 25 cm. Onder een houten vloer moet minimaal 10 cm ruimte onder de balken overblijven voor voldoende ventilatie om houtrot te voorkomen.
Leidingen.
Bodemisolatie met schelpen is alleen mogelijk als er géén leidingen door de kruipruimte lopen die bereikbaar moeten blijven. Lopen er gasbuizen door de kruipruimte, dan moet daar een (veiligheids)mantel omheen zitten.
Specialistenwerk
Bodemisolatie is altijd een specialistische klus, neem dus een isolatiebedrijf in de arm. Een van de zaken waar het bedrijf op moet letten, is dat de ventilatie van de kruipruimte op orde blijft.